Diabetes

Wat is diabetes en hoe wordt het veroorzaakt?

Diabetes is een ziekte waarbij er teveel glucose in het bloed zit. Vroeger werd deze ziekte suikerziekte genoemd, omdat glucose een vorm van suiker is. Normaal gesproken, houdt het hormoon genaamd insuline de hoeveelheid glucose in het bloed op peil. Dit hormoon wordt aangemaakt in de alvleesklier. Wanneer iemand diabetes heeft, geeft de alvleesklier een tekort aan insuline af. Hierdoor stijgt het glucosegehalte in het bloed. Wanneer dit veel voorkomt, kan dit leiden tot lichamelijke complicaties, zoals aantasting van de ogen, nieren en zenuwen en hart- en vaatziekten.

Is diabetes te voorkomen?

Diabetes is lang niet altijd te voorkomen. Zo zijn er twee verschillende types van diabetes, diabetes type 1 en diabetes type 2. Diabetes type 1 is niet te voorkomen, diabetes type 2 echter wel. Wil je hier meer over weten? Lees dan dit artikel over diabetes type 1 en dit artikel over diabetes type 2.

Een paar tips om het risico op diabetes type 2 te verkleinen:

• Gezond en gevarieerd eten
• Niet roken: roken vergroot de kans op diabetes met wel 30 tot 40%!
• Zorg voor een gezond gewicht

Leven met diabetes

Wanneer er diabetes geconstateerd is, is het de bedoeling dat je er zelf voor gaat zorgen dat je genoeg insuline binnen krijgt om je glucosegehalte op peil te houden. Dit kan tegenwoordig op meerdere manieren.

De eerste manier is via een spuit, welke ook wel een insulinepen wordt genoemd. Met deze insulinepen, spuit je onderhuids in de buik of in het bovenbeen. Deze pen is gevuld met insuline. Aan de hand van wat je gegeten hebt, moet je bepalen hoeveel insuline je in moet brengen. De hoeveelheid kan je aangeven door aan de pen te draaien. Er bestaan verschillende pennen, met verschillende diktes. Samen met een deskundige wordt er gekeken welke naald het beste past bij de dikte van de huid.

De tweede manier is via een pomp. Deze pomp kan bevestigd worden op de arm of op de buik. Deze pomp wordt voor het plaatsen gevuld met insuline, wat ongeveer 3 dagen meegaat. Na 3 dagen moet de pomp dus vervangen worden. Via een digitaal kastje kan je doorgeven hoeveel koolhydraten je gegeten hebt. Vervolgens rekent het kastje zelf om hoeveel insuline er afgegeven moet worden. De pomp zit met een klein naaldje in de huid, waardoor je dus niet zelf een naald in je lijf hoeft te zetten.